Hay in de oorlog

Wij interviewen Hay Kuyper. De opa van Lieve. Hij is geboren in het begin van de oorlog namelijk op 1 Oktober 1941 en woonde in die tijd op de Herungerweg 29 in Venlo.

Hoe was de gezinssituatie?

Ik had een broer Ernest, geboren in 1937, een vader Ernest en een moeder Mien.

Heeft u moeten onderduiken? Zo ja, waar?

Ik heb niet moeten onderduiken, maar wel moeten evacueren bij de familie Bouteille
in ‘T Ven. Dit omdat de buurt waar wij woonden ‘Sperrgebiet’ werd. Dit betekende dat alle mensen die in dat gebied woonden overdag ergens anders naar toe moesten.

Heeft uw vader of andere familieleden moeten vechten? Zo ja, hoelang? Waar?

Nee, mijn vader heeft niet moeten vechten omdat hij in de oorlog al 41 was en daarom niet op hoefde te komen. De rest van de broers van mijn vader waren ook allemaal ‘te oud’. Een oom van mij heeft wel bij het Rode Kruis geholpen.

Heeft een van uw familieleden vastgezeten in een kamp?

Ja, mijn vader is samen met nog 2 andere Venlonaren opgepakt omdat ze niet wilden werken voor de Duitsers. Ze zijn toen te voet naar Kaldenkerken gebracht en vanuit daar per trein naar Wuppertal gevoerd. Vanuit Wuppertal zijn ze op transport gesteld naar een ander kamp, maar onderweg zijn ze met zijn drieën uit de trein gesprongen om vervolgens terug naar Venlo te lopen. Ze zaten midden in Duitsland, dus konden/durfden ze alleen ‘s nachts te lopen. Over deze reis hebben ze ongeveer 3 weken gedaan. Ze hadden natuurlijk geen eten of drinken, dus hebben ze het gedaan met wat ze tegenkwamen: een appel van de boom, een wortel uit de grond enz. Ze zijn sterk vermagerd, maar levend thuisgekomen.

Hadden jullie genoeg te eten? Zo nee, hoe werd dat opgelost?

Hier in Venlo en omstreken was voldoende te eten door ruilhandel, dus goederen tegen eten te ruilen. Bij ons gebeurde dat door mijn moeder die met bijvoorbeeld juwelen en kleren etc. in Grubbenvorst en Velden eten ging ruilen. Dit was geen pretje, want ze moest iedere keer te voet met de kinderwagen.

Hadden jullie een radio? Zo ja, was dat eng?

Totdat hij ingeleverd moest worden, hadden wij wel een radio. Maar mijn vader heeft hem bij de Duitsers in moeten leveren. In de foto hierboven zie je een ontvangstbewijs van dat een radio ingeleverd was.

Bent u veel vrienden en familie kwijtgeraakt?

Nee in mijn omgeving zijn er gelukkig niet veel mensen omgekomen.

Hay’s leefomgeving in de oorlog

Had u nog veel contact met uw buren en andere straatgenoten?

Ja, wij woonden in een blok van 4 huizen, waarvan we onze kelders doorgebroken hadden zodat als er bommen vielen op een van de huizen we konden vluchten naar een van de andere huizen.

Heeft u nog foto’s van het huis waar u gedurende de oorlog in heeft gewoond?

Nee, wel van voor het huis van de overburen waar
een vriend van mij woonde en een bom is gevallen. Hiernaast zie je een foto van het  desbetreffende huis.

Hoe zag uw straat er verder in de oorlog uit en heeft deze veel geleden tijdens de oorlog?

De straat zag er normaal uit en heeft niet veel geleden, alleen de bom voor het huis van mijn overburen. Wel hadden we allemaal papierstroken voor de ruiten tegen luchtdruk van bom en granaatinslagen.

Hoe zag het in de stad eruit? Waren er veel voorzorgsmaatregelen?                                                                      

Een grote voorzorgsmaatregel was dat ze het stadhuis in zandzakken gezet hadden, voor de druk bij bommen. Verder was er niet veel gedaan doordat veel mensen ‘op’ waren. En degene die wel nog werk konden verrichten werden gevorderd om naar het vliegveld in Venlo (der Fliegerhorst) te gaan om het  in orde te brengen als er bommen van de Engelse waren gevallen. De hele stad lag daardoor voornamelijk in 43 en 44 in puin.

Hoe zat het met bepaalde evenementen (bijv. bruiloften, verjaardagen) in uw omgeving? Waren deze anders dan eerst?

Alles ging door, wel waren er heel veel dingen anders bijvoorbeeld begrafenis voertuigen die door gebrek aan brandstof (benzine) getrokken moesten worden door paarden. Bij bijvoorbeeld verjaardagen en bruiloften werd er gebruik gemaakt van wat de mensen hadden en verder was er niet meer te bieden. Maar iedereen was dit ‘gewend.’

Hoe zat het met bepaalde evenementen (bijv. bruiloften, verjaardagen) in uw omgeving? Waren deze anders dan eerst?

Alles ging door, wel waren er heel veel dingen anders bijvoorbeeld begrafenis voertuigen die door gebrek aan brandstof (benzine) getrokken moesten worden door paarden. Bij bijvoorbeeld verjaardagen en bruiloften werd er gebruik gemaakt van wat de mensen hadden en verder was er niet meer te bieden. Maar iedereen was dit ‘gewend.’

Hielden de mensen in uw omgeving zich aan de verplichtingen van de Duitsers? Zoals de verduistering, de avondklok en om naar Radio Oranje te luisteren?

Ja, in mijn omgeving is er goed naar de Duitsers geluisterd.

Hoe zat het met school?

Ik zat nog niet op een echte school. Wel zaten mijn broer en ik op de Montessori, dat was een soort kleuterschool voor kinderen vanaf 3 jaar in de Mercatorstraat.

Hoe kwam u erachter dat jullie bevrijd waren?

Doordat op 1 Maart 1945 rond de middag de Amerikanen met grote tanks etc. de berg afkwamen vanuit Duitsland de Kaldenkerkerweg op.

Waar was u op het moment van de bevrijding en wat was uw ervaring?

Ik was thuis, maar op het moment dat we het hoorden gingen we allemaal de straat op en feest vieren. Ik zelf weet nog goed dat ik van een Amerikaanse soldaat, die op een tank zat, een grote sinaasappel kreeg, ook wel een Jaffa genoemd. Voor die tijd wist ik niet dat er ‘zwarte’ mensen bestonden. Dit was voor mij dus een erg bijzonder moment!

Hoe ging het leven verder de dagen na de bevrijding?

De mensen probeerden de draad weer op te pakken en we konden natuurlijk gewoon weer de straat op, we zaten niet meer ‘opgesloten.’ Wel werd er nog tot midden 1948 met bonnen gewerkt. We moesten dus bonnen hebben om te kunnen betalen. Al had je 1000 gulden, zonder bonnen kreeg je niks mee. Dit was dus nog een beperking van de oorlog. Ook moest er nog veel opgeknapt worden dat door de oorlog en de bommen was verwoest.

Heeft u verder nog iets te vertellen over de bevrijding?

Na de bevrijding kwamen er hulpgoederen uit Engeland via de H.A.R.K (Hulp actie Rode Kruis) naar Venlo. Onder andere bedden, schoenen, kasten, kleren
en klein huishoudelijk spul. Het werd verdeeld onder de hulpbehoevende bevolking van Venlo en omstreken.

Lees meer interviews